Tijdens mijn erasmus ervaring in Albi hebben we een aantal weken stage gehad. Zo hebben we onderandere 2 weken geobserveerd in het 1ste en 2 leerjaar. De leerlingen moesten daar in Word al een tekstje overtype en er een bepaalde opmaak aan geven. Voor sommige leerlingen was dit nog een probleem mar toch verschoten we hoe goed de leerlingen daar al in waren.
Elke klas had daar ook om de 2 weken een lesje ICT. Die lessen werden gegeven door éénzelfde leerkracht.(Maître Yoan)
zondag 31 mei 2009
zaterdag 30 mei 2009
Werkblad 'Marokko' van Roos Van Gasse
Het werkblad van Roos Van Gasse spreekt mij aan omdat ik het belangrijk vind dat alle leerlingen bij de les betrokken zijn. Wat ik daarmee wil bedoelen. In onze stageklassen zitten er heel veel Marokaanse en Turkse kinderen. Zij moeten altijd over onze cultuur leren. Met deze bundel kunnen de Belgische leerlingen het land en de gewoontes van hun medeleerlingen leren kennen. Er zit veel variatie in de oefeningen wat zeer positief is voor de leerlingen.
Een geslaagd werkblad!
Een geslaagd werkblad!
Ppt dino's van Stefanie Van Kerckhoven
De ppt over dino's van Stefanie Van Kerckhoven vind ik zeer geslaagd. Een ppt is een middel waarmee leerlingen nog weinig vertrouwd zijn. Wanneer de leerkracht zijn les aan het geven is met behulp van de ppt, kunnen de leerlingen veel gemakkelijker meevolgen. Ook de prenten zijn voor leerlingen heel tof.
In haar ppt heeft ze een goede chronologische volgorde. Wat voor weinig verwarring zorgt.
Ook de verschillende informatie in de ppt is goed. Zo staan er informatieve weetjes in, datums, foto's, extra's.
Er staat ook niet te veel tekst op een dia zodat het zeer overzichtelijk is.
Een geslaagde presentatie.
In haar ppt heeft ze een goede chronologische volgorde. Wat voor weinig verwarring zorgt.
Ook de verschillende informatie in de ppt is goed. Zo staan er informatieve weetjes in, datums, foto's, extra's.
Er staat ook niet te veel tekst op een dia zodat het zeer overzichtelijk is.
Een geslaagde presentatie.
Werkbundel Egypte: Sofie Pieters
De werkbundel over Egypte van Sofie Pieters vind ik zeer goed. De lay-out van de werkbundel zal de leerlingen zeker aanspreken omdat er veel prenten in staan. De oefeningen die in de werkbundel staan zijn ook zeer gevarieerd. Er staan weetjes, extratjes, oefenigen,... in. Ook het filmpje dat bij deze les hoort, vind ik goed gevonden. Het zal zeker een geslaagde les geweest zijn. Proficiat!
Mijn eigen ict ervaringen in België
Op mijn stageschool hebben de leerlingen 1 uur ict om de twee weken. Juf Lien was de ICT leerkracht op mijn stageschool. Vanaf het eerste leerjaar leren de lln werken op de computer. Ze gebruiken dan enkel nog maar de muis. Het toetsenbord is voor vele leerlingen nog een probleem. De juf zoekt voor de leerlingen van de eerste graad educatieve spelletjes over het internet. Zo komt taal, wiskunde of wero aan bod tijdens de ict lessen.
De hogere jaren maken al meer gebruik van de standaardprogramma's op de computer zoals Word, Excell, ... Zij leren teksten typen en werken aan de opmaak van hun document.
Tijdens de lessen merk je heel veel verschil tussen de leerlingen. Er zijn leerlingen die al zeer vertrouwd zijn met de computer terwijl anderen echt alleen op school ermee werken.
Tijdens mijn lessen ict in het 6de leerjaar heb ik een werkblaadje gemaakt voor de leerlingen. Zij moesten op bepaalde sites informatie zoeken om te kunnen antwoorden op de vragen. Ik heb hier 1 probleem mee ondervonden dat je zeker eerst alle sites op school moet uittesten voor je de les geeft. Zo moesten de leerlingen informatie zoeken op een PDF-bestand. De computers waar de leerlingen op werkten konden geen PDF-bestanden openen. Ik heb dan snel voor een oplossing gezocht zodat ze het antwoord toch konden vinden.
Ik vind het belangrijk dat kinderen zo veel mogelijk met de computer werken. Tegenwoordig is dit een belangrijk middel in ons leven geworden. Hoe jonger je er mee leert werken, hoe beter.
Ik kan dan ook zeggen dat ze er op mijn stageschool hun werk van maken.
De hogere jaren maken al meer gebruik van de standaardprogramma's op de computer zoals Word, Excell, ... Zij leren teksten typen en werken aan de opmaak van hun document.
Tijdens de lessen merk je heel veel verschil tussen de leerlingen. Er zijn leerlingen die al zeer vertrouwd zijn met de computer terwijl anderen echt alleen op school ermee werken.
Tijdens mijn lessen ict in het 6de leerjaar heb ik een werkblaadje gemaakt voor de leerlingen. Zij moesten op bepaalde sites informatie zoeken om te kunnen antwoorden op de vragen. Ik heb hier 1 probleem mee ondervonden dat je zeker eerst alle sites op school moet uittesten voor je de les geeft. Zo moesten de leerlingen informatie zoeken op een PDF-bestand. De computers waar de leerlingen op werkten konden geen PDF-bestanden openen. Ik heb dan snel voor een oplossing gezocht zodat ze het antwoord toch konden vinden.
Ik vind het belangrijk dat kinderen zo veel mogelijk met de computer werken. Tegenwoordig is dit een belangrijk middel in ons leven geworden. Hoe jonger je er mee leert werken, hoe beter.
Ik kan dan ook zeggen dat ze er op mijn stageschool hun werk van maken.
woensdag 27 mei 2009
dinsdag 26 mei 2009
Actualiteit
Minister Vandenbroucke wil leerstoornissen verhelpen met computer
Minister Vandenbroucke.Vlaams minister van Onderwijs en Vorming Frank Vandenbroucke pleit voor het gebruik van ICT-hulpmiddelen bij leerstoornissen in de Vlaamse scholen. Vandenbroucke heeft de werkmap 'Surfplank' van de vzw DIE-'s-lekti-kus voorgesteld.
Die werkmap is een bundeling van handige technieken en simpele stappenplannen om de computer te gebruiken voor wie ernstige problemen heeft met lezen, schrijven of spelling. Elke Vlaamse school ontvangt half november een gratis exemplaar van de map. Vandenbroucke benadrukt dat ICT mensen met leerstoornissen enorme kansen biedt om beter te functioneren en om maatschappelijk te participeren. (belga/vsv)
Tijdens een conferentie ben ik gaan observeren in het buitengewoon onderwijs. Daar zag ik dat er een groot deel van de leerlingen toetsen, opdrachten, lessen,... maakten op de computer. Dit is een pluspunt voor kinderen met bijvoorbeeld dyslectie. Dmv de spellingscorrector kunnen zijn gemakkelijk zien waar zij fouten gemaakt hebben. Achteraf printen zij hun document af en kunnen zij dat in hun map steken.
Ook zagen we dat de leerlingen verschillende soorten programma's gebruikten voor wiskunde, wero en taal. Jammer genoeg zijn die nog heel duur om op alle scholen aan te kopen. Ik vind het een super initiatief van de minister!
Minister Vandenbroucke.Vlaams minister van Onderwijs en Vorming Frank Vandenbroucke pleit voor het gebruik van ICT-hulpmiddelen bij leerstoornissen in de Vlaamse scholen. Vandenbroucke heeft de werkmap 'Surfplank' van de vzw DIE-'s-lekti-kus voorgesteld.
Die werkmap is een bundeling van handige technieken en simpele stappenplannen om de computer te gebruiken voor wie ernstige problemen heeft met lezen, schrijven of spelling. Elke Vlaamse school ontvangt half november een gratis exemplaar van de map. Vandenbroucke benadrukt dat ICT mensen met leerstoornissen enorme kansen biedt om beter te functioneren en om maatschappelijk te participeren. (belga/vsv)
Tijdens een conferentie ben ik gaan observeren in het buitengewoon onderwijs. Daar zag ik dat er een groot deel van de leerlingen toetsen, opdrachten, lessen,... maakten op de computer. Dit is een pluspunt voor kinderen met bijvoorbeeld dyslectie. Dmv de spellingscorrector kunnen zijn gemakkelijk zien waar zij fouten gemaakt hebben. Achteraf printen zij hun document af en kunnen zij dat in hun map steken.
Ook zagen we dat de leerlingen verschillende soorten programma's gebruikten voor wiskunde, wero en taal. Jammer genoeg zijn die nog heel duur om op alle scholen aan te kopen. Ik vind het een super initiatief van de minister!
vrijdag 15 mei 2009
Laatste verslag Albi
In de twee voorbije weken hebben we weer veel nieuwe indrukken opgedaan tijdens het observeren in de stageschool. Maandag waren we opnieuw te gast in CM1 (4e leerjaar) waar we reeds observeerden.
Enkele bedenkingen:
- De lln. moesten tijdens de les Frans 3 korte teksten lezen. Bij de bespreking, waar het vooral ging over alinea’s en opbouw van de tekst, gebruikte de lk. een ‘onzichtbare’ tekst i.p.v. te werken met de teksten die de kinderen lazen.
- Heel wat kinderen zijn schijnbetrokken. De lk. merkt dit niet op.
- De lln. hebben geen werkboeken en weinig leerboeken. Ze moeten per vak alles in schriften schrijven. Toch schrijven de kinderen nog heel traag.
- Tijdens de les breuken maakt de leerkracht het onnodig moeilijk en komt hij niet tot de kern (bij een breuk verdeel je de eenheid in het aantal dat de noemer aangeeft en neem je het aantal delen dat de teller aangeeft). Hij verwijst telkens naar de klok terwijl wij toch ook andere referenties zouden nemen (bv. een balk, een vierkant,…) zodat de kinderen zich niet te veel vastpinnen op de klok.
- Het Engelse accent van de lk. is echt niet wat het moet zijn. Hij spreekt de woorden verkeerd uit waardoor de lln. het verkeerd leren.
Dinsdag gingen we naar de Grande Section (3e kleuterklas). Dit was een aangename ervaring omdat we een heel goede leerkracht aan het werk zagen. Ze was vriendelijk in de omgang met de kinderen en hanteerde een gestructureerd dagverloop. Opnieuw viel ons op dat de Franse kleuters al heel zelfstandig zijn. Zo werkten ze goed in groepjes tijdens wiskundespelletjes. Dit verliep heel vlot.
Donderdag observeerden we bij de Petits en Moyens (1e en 2e kleuterklas). Terwijl de kleinsten rustten, kregen we uitleg over het dag- en weekverloop in deze klas. We zagen heel wat leuke activiteiten. De lk. werkt vaak met prentenboeken. Hij bespreekt die samen met de kinderen en vervormt de verhalen samen met hen tot hun eigen verhaal. Daar maken ze dan zelf een album van of ze vertellen het verhaal a.d.h.v. gekleurde stickers die elk hun eigen code hebben (bv. een zwarte bol is de wolf, een roze bol is een biggetje,…). Deze kinderen zijn al in staat om woorden in drukletters correct over te schrijven. We waren hiervan onder de indruk.
Vrijdag was er geen les omdat het 8 mei was, de dag dat het einde van WOII gevierd wordt.
Deze week gingen we op bezoek bij CM2 (5e en tevens laatste jaar van de lagere school). De leerkrachten in deze klas werken in duobaan dus we zagen 2 leerkrachten aan het werk.
Wat ons opviel:
- Bij de ene leerkracht ligt het tempo veel lager dan bij de andere leerkracht.
- Klasaankleding is zoals bij ons: klasafspraken, kaarten, tijdband, tekeningen van de lln., vlakke figuren,…
- Het oefenen van hun theaterstuk verliep heel vlot en de kinderen kenden goed hun tekst.
- De maaltafels zijn een echte ramp. Dit is echter niet alleen in deze klas het geval, maar in alles klassen. De maaltafels zijn niet geautomatiseerd waardoor andere oefeningen ook veel trager gaan (schaalberekening, oppervlakte,…)
Maandag en dinsdag zullen we nog observeren bij de allerkleinsten, tout petits en petits (peuter- en 1e kleuterklas) en dan zit onze buitenlandse stage erop.
Mevrouw Van Uytvanck stelde ons nog volgende vraag:
Kregen jullie concrete antwoorden op de vragen die aan de maître-formateur gesteld werden en zijn jullie daar iets mee in België?
De meeste vragen die de studenten stelden gingen over lecture. Deze leeslessen gaan er helemaal anders aan toe dan bij ons. Men werkt meestal met albums en boeken en minder met losse teksten. Er kwamen dus vragen zoals: ‘Hoe lang werk je met 1 album?’ Deze maître-formateur werkt vaak een volledige week aan 1 tekst en oefent elke dag een andere doelstelling (lezen, begrijpen, spelling,…). De lln. schrijven vaak stukken tekst gewoon over om de spelling te oefenen.
Verder gaf de maître-formateur nog tips om aan ‘écriture inventée’ (stellen) te werken. Zij heeft in haar klas een doos staan met prenten in. De lln. trekken een prent waar ze dan een tekst over schrijven.
Andere vragen en antwoorden:
- Wat doe je met lln. die overschrijven van andere lln.?
→ Zeggen dat dat pech voor hem/haar is. Hij of zij verliest tijd om te leren want op die manier leert hij/zij niks bij.
- Wat doe je met lln. die het antwoord opsteken?
→ Opmerken dat hij/zij op die manier verhindert dat anderen iets bijleren.
Woensdag pakken we onze valiezen en donderdagavond zijn we terug in België en zit ons Franse avontuur, waar we met veel leuke herinneringen naar zullen terugkijken, erop.
Enkele bedenkingen:
- De lln. moesten tijdens de les Frans 3 korte teksten lezen. Bij de bespreking, waar het vooral ging over alinea’s en opbouw van de tekst, gebruikte de lk. een ‘onzichtbare’ tekst i.p.v. te werken met de teksten die de kinderen lazen.
- Heel wat kinderen zijn schijnbetrokken. De lk. merkt dit niet op.
- De lln. hebben geen werkboeken en weinig leerboeken. Ze moeten per vak alles in schriften schrijven. Toch schrijven de kinderen nog heel traag.
- Tijdens de les breuken maakt de leerkracht het onnodig moeilijk en komt hij niet tot de kern (bij een breuk verdeel je de eenheid in het aantal dat de noemer aangeeft en neem je het aantal delen dat de teller aangeeft). Hij verwijst telkens naar de klok terwijl wij toch ook andere referenties zouden nemen (bv. een balk, een vierkant,…) zodat de kinderen zich niet te veel vastpinnen op de klok.
- Het Engelse accent van de lk. is echt niet wat het moet zijn. Hij spreekt de woorden verkeerd uit waardoor de lln. het verkeerd leren.
Dinsdag gingen we naar de Grande Section (3e kleuterklas). Dit was een aangename ervaring omdat we een heel goede leerkracht aan het werk zagen. Ze was vriendelijk in de omgang met de kinderen en hanteerde een gestructureerd dagverloop. Opnieuw viel ons op dat de Franse kleuters al heel zelfstandig zijn. Zo werkten ze goed in groepjes tijdens wiskundespelletjes. Dit verliep heel vlot.
Donderdag observeerden we bij de Petits en Moyens (1e en 2e kleuterklas). Terwijl de kleinsten rustten, kregen we uitleg over het dag- en weekverloop in deze klas. We zagen heel wat leuke activiteiten. De lk. werkt vaak met prentenboeken. Hij bespreekt die samen met de kinderen en vervormt de verhalen samen met hen tot hun eigen verhaal. Daar maken ze dan zelf een album van of ze vertellen het verhaal a.d.h.v. gekleurde stickers die elk hun eigen code hebben (bv. een zwarte bol is de wolf, een roze bol is een biggetje,…). Deze kinderen zijn al in staat om woorden in drukletters correct over te schrijven. We waren hiervan onder de indruk.
Vrijdag was er geen les omdat het 8 mei was, de dag dat het einde van WOII gevierd wordt.
Deze week gingen we op bezoek bij CM2 (5e en tevens laatste jaar van de lagere school). De leerkrachten in deze klas werken in duobaan dus we zagen 2 leerkrachten aan het werk.
Wat ons opviel:
- Bij de ene leerkracht ligt het tempo veel lager dan bij de andere leerkracht.
- Klasaankleding is zoals bij ons: klasafspraken, kaarten, tijdband, tekeningen van de lln., vlakke figuren,…
- Het oefenen van hun theaterstuk verliep heel vlot en de kinderen kenden goed hun tekst.
- De maaltafels zijn een echte ramp. Dit is echter niet alleen in deze klas het geval, maar in alles klassen. De maaltafels zijn niet geautomatiseerd waardoor andere oefeningen ook veel trager gaan (schaalberekening, oppervlakte,…)
Maandag en dinsdag zullen we nog observeren bij de allerkleinsten, tout petits en petits (peuter- en 1e kleuterklas) en dan zit onze buitenlandse stage erop.
Mevrouw Van Uytvanck stelde ons nog volgende vraag:
Kregen jullie concrete antwoorden op de vragen die aan de maître-formateur gesteld werden en zijn jullie daar iets mee in België?
De meeste vragen die de studenten stelden gingen over lecture. Deze leeslessen gaan er helemaal anders aan toe dan bij ons. Men werkt meestal met albums en boeken en minder met losse teksten. Er kwamen dus vragen zoals: ‘Hoe lang werk je met 1 album?’ Deze maître-formateur werkt vaak een volledige week aan 1 tekst en oefent elke dag een andere doelstelling (lezen, begrijpen, spelling,…). De lln. schrijven vaak stukken tekst gewoon over om de spelling te oefenen.
Verder gaf de maître-formateur nog tips om aan ‘écriture inventée’ (stellen) te werken. Zij heeft in haar klas een doos staan met prenten in. De lln. trekken een prent waar ze dan een tekst over schrijven.
Andere vragen en antwoorden:
- Wat doe je met lln. die overschrijven van andere lln.?
→ Zeggen dat dat pech voor hem/haar is. Hij of zij verliest tijd om te leren want op die manier leert hij/zij niks bij.
- Wat doe je met lln. die het antwoord opsteken?
→ Opmerken dat hij/zij op die manier verhindert dat anderen iets bijleren.
Woensdag pakken we onze valiezen en donderdagavond zijn we terug in België en zit ons Franse avontuur, waar we met veel leuke herinneringen naar zullen terugkijken, erop.
Albi
Na een rustgevende paasvakantie zijn er we er volledig terug ingevlogen. We hebben toen onze laatste week les gehad. Zo volgden we ‘formation général’, ‘fysique et technologie’, ‘musique’ en we hebben ook een maître formateur aan het woord gehad.
De lessen ‘fysique et technologie’ waren heel interessant. We praatten over de lucht, energie, elektriciteit. Er kwamen tijdens die lessen 2 leerkrachten praten over hun project dat ze gerealiseerd hebben in hun klas.
De muziekles was heel leerrijk. Het ging over de stem en daarbij konden we enkele gegevens van onze opleiding aan hen meegeven. (genoeg drinken, klas verluchten,…) Verder deden we verschillende oefeningen om je stemgebruik te variëren. We beschreven ook elkaar stem (toonhoogte, timbre, snelheid, …)
Tijdens de les van de maître formateur kregen we antwoorden op algemene vragen die onze medestudenten hadden over hun stage.
Enkele vragen:
- Wat te doen als een leerling het antwoord steeds opsteekt?
- Wat te doen als een leerling afkijkt?
Toen zat de laatste les van onze opleiding erop.
De tweede week zijn we terug naar onze stageschool gegaan om te gaan observeren. De directrice had een planning opgesteld zodat we in veel verschillende klassen de komende weken kunnen gaan kijken.
Maandag zaten we in CM1 (4de leerjaar). Wat ons het meest opviel was het trage tempo van de leerkracht. De leerlingen hebben maar vier vakken gehad die dag. (Frans, wiskunde, Engels en geschiedenis)
Enkele bedenkingen:
- De leerlingen schrijven nog heel traag in vergelijking met de leerlingen van bij ons.
- Bij zinsleer (onderwerp-bepaling-werkwoord) hebben de leerlingen het nog heel moeilijk. Zelfs het onderwerp aanduiden in de zin lukt vaak nog niet. De leerlingen deden anderhalf uur om 3 zinnen te ontleden, 4 werkwoordsuitgangen in te vullen en werkwoorduitgangen te herhalen. Dit was echter geen nieuwe leerstof maar inoefening.
- Wiskunde: Er werd slechts één vraagstuk ingevuld op 1 uur. De leerkracht schenkt veel aandacht aan herhaling, inoefenen. Dit is op zich niet slecht maar het tempo lijdt er enorm onder waardoor de sterke leerlingen zich dikwijls vervelen.
- Het klaslokaal is niet zo aantrekkelijk: weinig aankleding, kale en witte muren, bijna geen educatieve posters.
- De klassen worden ook niet verlucht, maar dit is bij ons in België ook vaak een probleem.
Dinsdag en donderdag (woensdag is er geen school) gingen we observeren in CE2 (3de leerjaar). We werden op een toffe manier onthaald. De leerkracht trok tijd uit om ons voor te stellen. We kregen ook de kans om de verschillen tussen Franse en Belgische scholen te zeggen. De leerlingen mochten ons als afsluiting van alles vragen. Daarna gingen ze van start. Het tempo lag in deze klas veel hoger. De leerlingen kregen volgende vakken: korte herhaling (het uur), lezen, schrijven, wiskunde, Frans, kunstgeschiedenis, geschiedenis, voorbereiding van het dictee, aardrijkskunde, biologie, wiskunde en als afsluiting van de week een kort filmpje.
Opmerkingen:
- Het is een hele grote klas: 29 kinderen. Dit is vaak zo in Franse scholen. Er zijn weinig klassen maar wel steeds hele grote klassen van ongeveer 30 leerlingen.
- Deze klas is wel heel aangenaam aangekleed. (posters van de streek, wereldkaart, boekenrek, leerstof op gekleurd papier,…)
Algemeen:
- Er is een groot verschil tussen de klassen. CE2 werkt veel efficiënter en veel sneller. Ze zien ook veel meer op 1 dag. De leerkracht kon het heel goed en op een toffe manier uitleggen waardoor de leerlingen veel meer gemotiveerd en geconcentreerd waren dan in CM1.
- Een beloningssysteem hebben we nog in geen enkele klas gezien.
- De leerlingen hebben een hele lange middagpauze: van 11.30 tot 14.00. De lessen eindigen om 17.00. Er is dan ook nog kans om naar de studie te gaan. Dit is van 17.00 tot 18.30. Het zijn dus lange schooldagen.
De lessen ‘fysique et technologie’ waren heel interessant. We praatten over de lucht, energie, elektriciteit. Er kwamen tijdens die lessen 2 leerkrachten praten over hun project dat ze gerealiseerd hebben in hun klas.
De muziekles was heel leerrijk. Het ging over de stem en daarbij konden we enkele gegevens van onze opleiding aan hen meegeven. (genoeg drinken, klas verluchten,…) Verder deden we verschillende oefeningen om je stemgebruik te variëren. We beschreven ook elkaar stem (toonhoogte, timbre, snelheid, …)
Tijdens de les van de maître formateur kregen we antwoorden op algemene vragen die onze medestudenten hadden over hun stage.
Enkele vragen:
- Wat te doen als een leerling het antwoord steeds opsteekt?
- Wat te doen als een leerling afkijkt?
Toen zat de laatste les van onze opleiding erop.
De tweede week zijn we terug naar onze stageschool gegaan om te gaan observeren. De directrice had een planning opgesteld zodat we in veel verschillende klassen de komende weken kunnen gaan kijken.
Maandag zaten we in CM1 (4de leerjaar). Wat ons het meest opviel was het trage tempo van de leerkracht. De leerlingen hebben maar vier vakken gehad die dag. (Frans, wiskunde, Engels en geschiedenis)
Enkele bedenkingen:
- De leerlingen schrijven nog heel traag in vergelijking met de leerlingen van bij ons.
- Bij zinsleer (onderwerp-bepaling-werkwoord) hebben de leerlingen het nog heel moeilijk. Zelfs het onderwerp aanduiden in de zin lukt vaak nog niet. De leerlingen deden anderhalf uur om 3 zinnen te ontleden, 4 werkwoordsuitgangen in te vullen en werkwoorduitgangen te herhalen. Dit was echter geen nieuwe leerstof maar inoefening.
- Wiskunde: Er werd slechts één vraagstuk ingevuld op 1 uur. De leerkracht schenkt veel aandacht aan herhaling, inoefenen. Dit is op zich niet slecht maar het tempo lijdt er enorm onder waardoor de sterke leerlingen zich dikwijls vervelen.
- Het klaslokaal is niet zo aantrekkelijk: weinig aankleding, kale en witte muren, bijna geen educatieve posters.
- De klassen worden ook niet verlucht, maar dit is bij ons in België ook vaak een probleem.
Dinsdag en donderdag (woensdag is er geen school) gingen we observeren in CE2 (3de leerjaar). We werden op een toffe manier onthaald. De leerkracht trok tijd uit om ons voor te stellen. We kregen ook de kans om de verschillen tussen Franse en Belgische scholen te zeggen. De leerlingen mochten ons als afsluiting van alles vragen. Daarna gingen ze van start. Het tempo lag in deze klas veel hoger. De leerlingen kregen volgende vakken: korte herhaling (het uur), lezen, schrijven, wiskunde, Frans, kunstgeschiedenis, geschiedenis, voorbereiding van het dictee, aardrijkskunde, biologie, wiskunde en als afsluiting van de week een kort filmpje.
Opmerkingen:
- Het is een hele grote klas: 29 kinderen. Dit is vaak zo in Franse scholen. Er zijn weinig klassen maar wel steeds hele grote klassen van ongeveer 30 leerlingen.
- Deze klas is wel heel aangenaam aangekleed. (posters van de streek, wereldkaart, boekenrek, leerstof op gekleurd papier,…)
Algemeen:
- Er is een groot verschil tussen de klassen. CE2 werkt veel efficiënter en veel sneller. Ze zien ook veel meer op 1 dag. De leerkracht kon het heel goed en op een toffe manier uitleggen waardoor de leerlingen veel meer gemotiveerd en geconcentreerd waren dan in CM1.
- Een beloningssysteem hebben we nog in geen enkele klas gezien.
- De leerlingen hebben een hele lange middagpauze: van 11.30 tot 14.00. De lessen eindigen om 17.00. Er is dan ook nog kans om naar de studie te gaan. Dit is van 17.00 tot 18.30. Het zijn dus lange schooldagen.
Abonneren op:
Posts (Atom)
